De eerste St.Aloijsiusschool (1869-1884).
De Aloysiusschool aan het Dupontplein heeft een voorganger gehad in Amersfoort. Door een afbeelding uit "Amersfoort in prent" bestond dat vermoeden al langer. Nu we de "Notulen der vergaderingen van de Kommissie voor de R.K.Parochiale School te Amersfoort" onder ogen kregen, werd het vermoeden in geschrift bevestigd. In de Notulen van 4 augustus 1870 staat vermeld:
"Ter aanteekening in deze wordt in herinnering gebracht dat deze R.K. parochiale School door den WelEerw.heer pastoor H.Blom ingewijd is en onder de bijzondere bescherming is gesteld van den H.Aloijsius op Maandag den 10 Januari 1870, terwijl de School feestelijk geopend is denzelfde dage". (Klik op de afbeelding hiernaast voor een vergroting).
In de Notulen van het bestuur van de Armenschool lezen we bij de vergadering van 21 december 1868:
"De secretaris deelt mede dat er op verlangen van den Aartsbisschop en overeenkomstig den wensch der beide pastoors alhier eene parochiale school zal opgerigt worden, welke oprigting en beheering uitgaat van de beide Kerkbesturen. De school komt tot vervanging van de bestaande Burgerschool en Tusschenschool en zal dus de zorg dezer vergadering zich tot het beheer der Armenschool bepalen. Gemelde parochiale school aan wier hoofd de heer J.C.Bitter bereids is aangesteld zal met 1 februari a.s. aanvangen.
De vergadering deze kennisgeving met genoegen vernemende besluit –op verlangen der Kommissie voor de nieuwe school- aan haar de banken en verdere schoolmeubelen der Tusschen en Burgerschool ter beschikking over te laten."
Deze nieuwe school werd gehuisvest in 2 woonhuizen aan de Kampstraat, wijk D, no 5 en 6 (Notulen 11 januari 1869), voor de huisvesting van de school aangekocht. Het begrip "schoolwoning" is dus niet van deze tijd! Na de verbouwing startte de school er op 10 jan.1870. Tussen 1 febr. 1869 en 10 januari was de school gehuisvest in een lokaal van de Armenschool in de Breestraat 18.
Eerste hoofdonderwijzer was Johannes Cornelis Bitter (Notulen 17 december 1868).
Per 1 september 1878 bood hij zijn ontslag aan wegens "eene andere betrekking" Verliet hij het "zinkende schip?" In de Notulen van de vergadering van 12 augustus 1878 acht de Eerw.heer Beekman "de voortzetting der school op den bestaanden voet te kostbaar en zou liever deze School verbinden aan de Jongens-Armenschool, zooals het vroeger gemeend is".
Deze Aloijsiusschool heeft bestaan tot juni 1884, dus 15 jaar. Toen werd de school weer samengevoegd met de R.K.Armenschool in de Breestraat.
In de notulen van de R.K.Parochiale School van 26 Juni 1884 lezen we:
De financiële positie was "sedert niet ten goede veranderd" en "Hieruit komt de eenstemmige wensch voort, dat deze School, zooals vroeger bij haar ontstaan, weder gevoegd worde bij de Jongensschool aan de Breestraat, en die vereenigde Scholen alsdus onder de leiding komen van Broeders der Christelijke School".
In 1931 was er sprake van verbouwing van de school aan de Breestraat 18. In dit gebouw waren een lagere school (met 3 klassen) en een school met Uitgebreid Lager Onderwijs (ULO) met 4 klassen gehuisvest. Door het toenemend aantal kinderen op de U.L.O. werd het plan opgevat om de school te gaan verbouwen en geheel in te richten als ULO school. De lagere school zou ‘verhuizen’ naar een nieuw gebouw in een nieuwe wijk Arnhemseweg kwartier. Beide scholen werden tijdelijk elders ondergebracht. De ULO in de school aan de Coninckstraat, de lagere school per 14 nov.1932 in 2 lokalen boven de gemeentelijke centrale boekhouding in Achter de Davidshof en een lokaal boven de R.K. Militaire vereniging aan het Zand.
Deze lagere (jongens-)school in de Breestraat was de direkte ‘voorloper’ van de Aloysiusschool aan het Dupontplein.
Er was immers sprake van de voortzetting van de oude school aan de Breestraat in de nieuwe school aan het Dupontplein. Daarvoor zijn meerdere redenen te noemen. Van de eerste 3 leerkrachten op de Aloysiusschool aan het Dupontplein waren er 2 afkomstig van deze school aan de Breestraat, inclusief het hoofd dhr. A.Thannhauser. Ook de eerste leerlingen van de school aan het Dupontplein waren afkomstig van de school in de Breestraat. Ook veel leermiddelen gingen mee en zo gebeurde het dat de school aan het Dupontplein oudere inventarisstukken heeft dan dat de school bestaat. Een wereldkaart uit 1909 is hiervan een voorbeeld. Het bestuur heeft er in 1933 niet voor gekozen de school aan de Breestraat over te plaatsen, maar op te heffen en een nieuwe school te stichten aan het Dupontplein. Dat was financieel aantrekkelijker dan het overplaatsen van een school.
Toch blijkt men in de praktijk gehandeld te hebben alsof het een overgeplaatste school betrof. Ook in diverse archiefstukken wordt het adres van de oude school in de Breestraat vervangen door dat van de nieuwe school aan het Dupontplein. Een voorbeeld van zo'n adreswijziging vind je op de lijst der R.K. Bijzondere Scholen in het dekenaat Utrecht uit 1928 waarop in 1934 Breestraat 18 is vervangen door Dupontplein 14. Als datum van opening (stichtingsdatum) wordt "voor 1920" genoemd. (In de aanhalingen uit het oude archief –dat teruggaat tot 1822!!!!- is de letterlijke tekst aangehouden, dus met oude spelling en oude woorden.)
Daarvoor gaf het Bestuur de volgende redenen aan: "De school aan de Breestraat heeft al jaren een minder gunstige naam als "Armenschool". Zoogenaamd overplaatsen zou ouders kunnen afschrikken hun kinderen er heen te zenden. Bij overplaatsing kan de Gemeente wellicht verlangen het oude en in slechte staat verkerende meubilair te gebruiken. Vervolgens is bij overplaatsing het Bestuur verplicht de nu op 1 januari 1933 op wachtgeld gestelde onderwijzer weer te benoemen, waartegen verschillende bezwaren zijn. Het bestuur is hem liever kwijt dan rijk."
Door ouders werd gevreesd voor de kwaliteit van het onderwijs op de nieuwe school. "Hoe kunnen ze het hoofd van de Armenschool benoemen op deze nieuwe school?", werd geopperd. Dat zij daarin ongelijk kregen zou de tijd spoedig leren. De kwaliteit van de school bleek dusdanig, dat veel leerlingen zelf vanuit Leusden de Aloysiusschool zouden gaan bezoeken. Ook in de hoogste klassen (klas 6 en 7) kwamen veel leerlingen vanuit de hele stad, om in dat laatste jaar een terdege voorbereiding voor het gymnasium te krijgen. De Aloysiusschool heeft die gedegen kwaliteit tot heden weten te behouden.
Enkele jaartallen:
1868: plan tot oprichting van een nieuwe parochiale school, de St.Aloysiusschool. De nieuwe school is een afsplitsing van de R.K.Jongensschool in de Breestraat.
1869: start van de school op 1 februari 1869. De eerste hoofdmeester is Johannes Cornelis Bitter, afkomstig uit Amersfoort.
1870: de verbouwde woningen aan de Kamp nr. 5 en 6 worden als school in gebruik genomen.
1878: de eerste hoofmeester, dhr.J.C.Bitter, neemt ontslag. Hij wordt opgevolgd door P.H.Krekelberg, afkomstig uit Den Hoorn (Groningen).
1884: de St.Aloysiusschool wordt weer samengevoegd met de R.K.Jongensschool in de Breestraat.
1890: de school in de Breestraat wordt verbouwd. Volgens de gemeente wordt het nieuwbouw (dus zou zij het niet hoeven te betalen), volgens de architect dhr.Kroes (dezelfde die de Aloysiusschool aan het Dupontplein bouwde) is het verbouw, omdat de fundamenten en enkele muren behouden blijven.
1932: verbouwing van de school in de Breestraat tot ULO.school. De ULO. zal het hele gebouw in gebruik gaan nemen.
1933: start van de St.Aloysiusschool aan het Dupontplein. De R.K.Jongensschool in de Breestraat wordt opgeheven.