Terug naar de beginpagina. | Naar het overzicht in het kort. |
De traditionele indeling in Nederland van Friezen, Franken en Saksen is een verouderde opvatting. ![]() Archeologisch zijn de Franken en Saksen in Nederland niet te duiden, of zoals Annemarieke Willemse dat beschreef: "de traditionele etnische indeling in Friezen, Franken en Saksen in Nederland is archeologisch niet te bewijzen (o.a. p.12 en 138)". De Saksen woonden aan de "Litus Saxonicum" de kust aan het Kanaal, zowel aan de Franse, als aan de Engelse kant, waar namen als Angelsaksisch, Wessex, Sussex, Essex taalrelicten zijn, die respectievelijk wijzen op Engels-Saksisch, West- Zuid- en Oost-Saksenland. ![]() De Saksen woonden aan de Frans-Vlaamse kust in de tijd van Drusus, die in de jaren 12 en 11 vóór Chr. een veldtocht tegen de Saksen ondernam. Door enkele historici wordt de 'Litus Saxonicum' ook wel geïnterpreteerd als verdedigingskust tegen de Saksen. Dat dit onjuist is blijkt als Karel de Grote optrekt om de Saksen te bestrijden. Volgens de traditionele opvatting gaat hij dan naar Duitsland. Waarom dan een verdediging tegen de Saksen oprichten aan de Frans-Vlaamse kust? Neen, Karel de Grote trekt tegen de Saksen op en gaat naar de kust omdat ze daar woonden. De vele plaatsnamen op -thun of -tun geven die woonplaatsen aan. Na de moord op 4500 gevangen genomen Saksen worden veel overige Saksen gedeporteerd buiten het Frankische Rijk en komen zo in Duitsland terecht. Hun plaatsing in Oost-Nederland is het gevolg van ondeskundigheid van enkele 'geleerden' uit de 17e eeuw. Karel de Grote heeft na jarenlange strijd tegen de Saksen deze bevolkingsgroep rond het jaar 800 vanuit Noord-Frankrijk gedeporteerd naar Westfalen en Noord-Duitsland. Vanaf die tijd woonden de Saksen in Noord-Duitsland, waar nieuw land vrij kwam na de Duinkerke II transgressie. In het Saksenland was Ansgarius ( zie daar) bisschop en verbleef in Brema en Hammabourg, wat in Duitsland Bremen en Hamburg werden. Een duidelijkere doublure bestaat er nauwelijks. In Frans-Vlaanderen waren het de plaatsen Brêmes en Hames-Boucres. Het zijn weer enkele klassieke voorbeelden van de 'deplacements historiques' ( zie daar). Het Duitse Saksen (tussen Dresden-Leipzig en Chemnitz) heeft behalve de verkeerde naam ook de verkeerde locatie gekregen. De zogenaamde Frankische en Saksische boerderijtypen in Nederland zijn pas ontstaan na het jaar 1600. Daar kan men dus geen geschiedenis van het eerste millennium aan koppelen. (Bron: Geert Hüssteg, Zo herinner ik mij Brabant.) |
![]() ![]() Let op de pijl op het kaartje uit dit artikel, die in de juiste richting wijst. De oudste namen vind je immers in Frans-Vlaanderen. In Duitsland is sprake van de klassieke verplaatsingen. Met de locatie van de Saksen doet zich eenzelfde probleem voor als met de Friezen. Het Saksenland uit het eerste millennium lag aan de kust van Het Kanaal in Frans-Vlaanderen. Pas na de deportaties van grote groepen Saksen door Karel de Grote vanaf het jaar 782, kwamen ze in Noord-Duitsland terecht. Dat onderscheid wordt door historici (wegens gebrek aan kennis?) nooit gemaakt. Het wordt in de historische literatuur wel eens vaker gezegd: 'Als je een bepaalde streek of plaats zoekt en niet kunt vinden of erover twijfelt, bekijk dan waar en met wie de 'machthebbers' trouwden en waar ze begraven werden'. Robert le Frison trouwt in 1063 met Gertrude, dochter van Bernard II, hertog van Saxe, weduwe van Florent I, graaf van Frise. Robert werd begraven in Cassel (Frans-Vlaanderen). Dat was dus midden in zijn rijk en niet in Nederlands Friesland en Saxe is hier het Saxonia in Frans-Vlaanderen en niet Saksen in Duitsland. De Saksen woonden aan beide zijden aan de kust van Het Kanaal die in de Romeinse tijd 'Litus Saxonicum' heette. Orosius schrijft ook dat ze een nauwe band hadden met de Franken: "Oceani littora tunc Franci et Saxones infestabant". (Orosius l-VII). "Inter Saxones, quippe et Alemannos gens eius non tam lata quam valida; apud hystoricos Germania, nunc Francia dicitur". (Bron: Gervasii Tilberiensis, Otia Imperiala, decisio 2 [10], in MGH, SS 27, p.373. Vertaald is dat: Onder de Saksen, inderdaad, en de Alemannen, is hun natie niet zo groot als het machtig is; onder de historici wordt het Duitsland genoemd, nu Frankrijk. Let vooral op de vertaling van Germania in Duitsland volgens de traditionele opvatting. Maar Germania is geen Duitsland, maar Francia, wat ook niet overeenkomt met Frankrijk. Lees meer over Germania, maar dan dat van Tacitus. Het is opmerkelijk,maar ook betekenisvol dat Duitsland in Engeland Germany heet, maar in Frankrijk Allemagne. ![]() ![]() Alle plaatsen die genoemd worden in verband met de Saksen zijn terug te vinden in Frans-Vlaanderen. Waar liggen die in Noord-Duitsland of in oostelijk Nederland? Klik op de kaart voor een vergroting. Links de westelijke plaatsen, rechts de oostelijke plaatsen. Er zijn tientallen teksten waaruit blijkt dat de Saksen in Frans-Vlaanderen rondom Bouloge-sur-Mer woonden, naast de Friezen (zie het kaartje hieronder). Zie voor deze teksten de boeken van Albert Delahaye. Plaats men de gebeurtenissen in deze teksten op Duitsland, dan blijkt daar de complete onzinnigheid uit. Deze gebeurtenissen passen daar niet. Zie ook de Annales Regni Francorum. Uit teksten uit de jaren 287, 351 tot 470 en 530 blijkt dat de Saxones aan de Westelijke Zee, bij Cassel en Deusone woonden. Al die jaren bleven ze in dezelfde streek en streden tegen de Romeinen en de Franken tot en met de tijd van Karel de Grote. Plaatsing van de Saksen in Duitsland in die eeuwen is dezelfde onmogelijkheid als zou Duitsland het Germania van Tacitus zijn. Lees meer over Germania. ![]() Enkele voorbeelden (die met veel andere aan te vullen) zijn: In de 4de eeuw woonden groepen Saksen in West-Vlaanderen, bij de Aa, langs de Schelde en in het Boonse (Boulogne), in de Bessin (Bayeux) en bij de monding van de Loire. Dit stond op het epitaaf van Rollo. (Bron: Vitalis, Histoire de Normandie, volume 26 Paris 1825). In 911 kreeg Rollo van koning Karel de Eenvoudige met het Verdrag van Saint-Clair-sur-Epte het gebied rond de Seine-monding in leen. Rouen was er de hoofdstad van. In dat hertogdom woonde in die tijd een bevolking die grotendeels was samengesteld uit Gallo-Romeinen, Saksen en Franken. Het verhaal van Beowulf, een Saksisch Epos, is in Engeland met de Saksen meegekomen, die vanuit Vlaanderen naar Engeland overstaken en werd daar gezien als een 'Engelse' sage. Het is vegelijkbaar met andere literaire teksten die in Engelse bibliotheken teruggevonden werden, maar daarom niet Engels waren. Ze kwamen van het vasteland. Hetzelfde heeft zich voorgedaan met de verhalen rondom Koning Arthur en de ridders van de Ronde Tafel. Die horen niet thuis in Groot-Brittannië, maar in (klein-)Brittannia dat Bretagne was. Voor het Karel-de-Grote tijdperk woonden de Saksen in Westelijk Europa. Zij waren in hoofdzaak zeegeoriënteerd. Normandië heeft een flink aantal Saksische toponiemen. Guinet (Contribution à l'étude des établissements saxon en Normandie. Caen 1967) onderscheidt een drietal periodes waar Saksische toponiemen een aanwezigheid van Saksen kunnen aantonen: De eerste periode gaat over de 'Saxones Bajocassini', Saksen in de 'Bessin' en de 'Cotentin' tijdens de 4de en 5de eeuw. Het 'Notitia Dignitatum' vermeldt 'in littore Saxonico' als kustlijn voor Noord-Frankrijk en Vlaanderen. In de Romeinse periode bewijst de naam 'Litus Saxonicum' voor de kanaal zone, de aanwezigheid van Saksen in West-Europa. De bronnen vermelden vaak de Canche en en Authie als de grens van de Saksen. De Litus Saxonicum van Calais tot Boonen (Boulogne) kent zeker 48 -thun namen zoals Offrethun, Verlincthun, Fréthun, Alincthun, Béthune. Ptolemeus is de eerste schrijver die de Saksen noemt in de streek van Normandië (Ptolemeus, Geographia). In een derde periode is sprake van een emi- en immigratie van Saksen die bestond uit kleine groepen. Karel de Grote heeft ruim 30 jaar oorlogen gevoerd tegen de Saksen, die hij maar niet kon verslaan. Die veldtochten gereconstrueerd tussen zijn rijk in (midden) Frankrijk en Noord-Duitsland, soms meerdere in één jaar, zijn fysiek onmogelijk geweest alleen al vanwege de afstand. Daarom laten sommige historici Karel uit Nijmegen vertrekken. Nu blijkt dat hij daar nooit een palts heeft gehad is deze optie een mythe. Lees meer over die veldtochten in de Annales Regni Francorum. Op een van die veldtochten (in 805) vernietigde hij het land van de Saksen aan beide zijden van de Albis en ging met schepen naar Magedoburg. De traditie maakt van Albis de Elbe en van Magedoburg Maagdenburg waaruit de fabelogie van dit verhaal al blijkt. Magedoburg ligt in het noordelijk deel van de Albis, vermeldt een tekst uit 806. Dat is op Maagdenburg in het geheel niet toepasbaar. Bij Delahaye is de Albis de Aa in Frans-Vlaanderen, Magedoburg is Macquinghem bij Boulogne, midden in het gebied waar de nog steeds niet geheel verslagen Saksen woonden. Tot aan de etnische deportatie van de Saksen door Karel de Grote, woonden de Saksen aan de kust van Het Kanaal rond Boulogne-sur-Mer. Pas na het jaar 800 verbleven ze gedwongen in Noord-Duitsland. Alle teksten tot dat jaar hebben betrekking op hun verblijf aan de Frans-Vlaamse kust waar ze samen met en tegen de Friezen en Vilten regelmatig oorlog voerden, ook tegen de Franken en daarvoor tegen de Merovingers. De veldtochten van Karel de Grote tegen de Saksen (772 tot 804) zijn wel degelijk gebeurd, maar niet volgens de klassieke beschrijvingen. Het leger van Karel kon onmogelijk zulke grote afstanden maken. Heel de troep kon praktisch haalbaar net 10 km per dag afleggen. In één jaar komt men zo nooit aan 1000 km, een heel stuk minder dan de niet haalbare duizenden km per jaar, die bechreven worden. Voor meer dan 1000 km. had men zeker twee jaar nodig met een overwintering er tussen. Karel de Grote kwam na een veldslag tegen de Saksen nog voor de winter thuis. De Saksen verbleven dus niet zo ver weg van het centrum van het karolingische Rijk, dat zich beslist niet uitstrekte tot in Nederland. Einhard schrijft over de problemen van Karel de Grote met de heidense Saksen. Daarbij noemt hij de 'Albis', die de Duitsers (en de Fransen met hen) steevast als de Duitse Elbe (Elve, Labe) aanduiden. Maar is dat wel zo? Er zijn meerdere argumenten om aan deze traditionele opvattingen te twijfelen. Lees meer bij de Elbe. Pas na de deportatie van de saksen komen we in Duitsland de naam Elbe tegen. Brachten de Saksen deze naam met zich mee? Ook de Merovingische vorsten streden al tegen de Saksen. Het is een complete farce te veronderstellen dat zij vanuit midden Frankrijk naar Noord-Duitsland getrokken zouden zijn, om er te strijden tegen een volk dat het hen lastig maakte. Wat voor last zouden ze gehad kunnen hebben van een volk zo ver van hen verwijderd? Hieruit blijkt al het ongelooflijke en onmogelijke van de traditionele opvattingen. In 717 vond de definitieve slag plaats te Inchy-en-Artois tussen de Merovingers van Karel Martel tegen de Friezen van Radboud, waar ook de Saksen bij betrokken waren. Het is ondenkbaar dat de Friezen vanuit Noord-Nederland en de Saksen vanuit Noord-Duitsland 'even' naar Frankrijk getrokken zijn om er tegen de Merovingers te strijden. Volkomen onaanvaardbaar is dat de oorlog waarvan Utrecht (Viltaberg en Trajectum?) en Wijk-bij-Duurstede (Dorestad?) de inzet waren, in Frankrijk zijn beslissing kreeg. Maar ook voor de latere Fransen was de strijd nog niet gestreden. Er bleven Saksen en Vlamingen door elkaar wonen. Philips de Schone heeft het nog over: 'Charles en mêlant les Saxons et les Flamants, d'un diabie en a fait deux.' Dat Saksenland en Vlaanderen elkaar overlapten, kan aangetoond worden met:
Grey (Grey Thomason Sarah, Language Contact, Creolization, and Genetic Linquistics, University of California Press, 1991) vermeldt dat het gestandaardiseerde Oudengels rond het jaar 1000 gebaseerd was op het West-Saksisch en dat het in heel Engeland in gebruik was. Dat daarbij de 'Noorse' taal in Engeland niet standhield, kwam omdat de taal eigenlijk een broertje was van dat Saksisch en dat die taal nog niet te maken had met het latere Noors uit het noorden. En Robinson (Robinson Orrin W, Old English and lts Closest Relatives:A Survey of the Earliest Germanic Languages, Stanford University Press, 1992) merkt op dat Oudfrankisch in verschillende groepen gedeeld wordt maar dat dit niet overeenstemt met de werkelijkheid: Men gebruikt de klankverschuivingen om 'talen' uiteen te halen die nog niet uit elkaar gegroeid waren. Recent grafveldonderzoek toont dat Merovingische grafvelden een belangrijke bron aan informatie bieden door de aanwezigheid van typisch Germaanse of zelfs Saksische gebruiken zoals noordzuidoriëntering van graven, de toepassing van het crematieritueel, de aanwezigheid van paardengraven en de vondst van handgevormd aardewerk (Annaert, Merovingisch grafveld uit de 6de-7de eeuw te Broechem, Heemkunde Gouw Antwerpen 2005). Toponiemen: Sassenrode Sassenbroek Sassenheim, en in Frankrijk: Sassegnies (Saxiniaco 870). Familienamen: Sasson, de Sas, Sace, Sache, Sachs( e), Saks, Sax( e), Sacks, Sackx, Saes, Saez, Tsas, 't Sas, Sassen, Sassen us, Sassenbrouck. Vulmaer (2de helft 6de eeuw) uit Normandië ging ook prediken in Vlaanderen. Zijn volgelingen Mornmelin, Bertin en Ebertramne kochten Saksen vrij van de piraten en leidden hen in Sithiu (Sint-Omaars) op tot missionarissen. Er was geen taalprobleem. Dat taalprobleem was er ook niet bij Willibrord en Bonifatius die na hun oversteek vanuit Brittannia in hun missiegebied aankwamen en zich meteen verstaanbaar konden maken. Het was ook geen Pinksterwonder, maar zij spraken nagenoed dezelfde taal. Een andere Wulfmaer (Wulmer) uit Boonen (Boulogne 8ste eeuw) trok naar het noorden en installeerde zich als heremiet in de stam van een grote eik. Sedert die tijd heet de plaats 'Eecke'. Hij daagde er een heidense Saks uit en daarbij werd de boom vernield en vervangen door een kapel. Later vertrok hij weer zuidwaarts en stichtte het klooster van Samer waar onder andere de koning van Wessex, Cheadwala gedoopt werd. Zijn lichaam werd later overgebracht naar Boonen (Boulogne) en vervolgens naar de Gentse Sint-Baafsabdij. Iedere wat oudere Vlaming heeft in zijn schooljeugd nog het 'Reuzelied' meegezongen. Vanneufville (Vanneufville Eric, Histoire de Flandre, Ie point de vue flamand, Embanner 2009) plaatst dat lied in een historische context als een traditioneel Vlaams-Saksisch lied. Het lied was tot voor kort gekend van Limburg tot aan het Boonse. In Cassel en Duinkerke werd het nog recent gezongen met carnaval. Het verhaalt de strijd van de Saksen tegenover hun buren de 'Denen' en de 'Noren' ... In de Edda vinden we diverse passages waar Reuzen en Asen slaags geraken omdat de Reuzen land wilden veroveren van de Saksen. Uiteindelijk werden de Asen verdreven naar meer woeste gebieden en onherbergzame streken. Zo kregen ze een aversie voor alles wat met Reuzen te maken had. Voor de nakomelingen van de Asen, de Vlaamse Saksen waren die reuzen de echte vijanden en konden zij daar geen nakomeling van zijn. Ook het stichtingsverhaal van Rijsel/Vlaanderen vertelt van de overwinning van een Liederik op een reus Phinaert, de overwinning van een Saks op een vijand. In de 19de eeuw was Kervijn de Lettenhove helemaal overtuigd dat Vlamingen en Saksen hetzelfde volk waren: Een fragment uit zijn boek 'Geschiedenis van Vlaanderen onder zijne graven en onder het huis van Burgondië': Weldra vestigden zich de Saksers aen den zeekant, welken men in de laetste tyden des Romeinsehen ryks, ter hunner oorzake, de Jittus saxonicum noemde; maer in hunne tael hieten zy zich de Vlamingen, dat wil zeggen ballingen, en zy gaven den grond, dien zy tot verblyf gekozen hadden, den naem van Vlaenderland . Saksisch: Flian, jlean, - vlugten, vlieden, wyken; Fleander-Iand, land der vlug telingen : jlema, jlyma, jlyming; yslandsch, jlaeming, vlug teling, banneling, uitwykeling. De conclusie is dan ook dat het Saksisch, Angelsaksisch, Franco-Saksisch, Deens-Saksisch en het Diets, dialecten zijn van een zelfde taal. De visie van Albert Delahaye. Wat de historici in de loop der eeuwen wel juist hebben gezien was dat de Saksen, Friezen en Franken in elkaars buurt woonden en met elkaar verbonden zijn geweest. Plaatst men een van deze volkeren in de juist streek, dan volgen de andere twee als vanzelfsprekend. Maar wat was de juiste streek? De antwoorden vinden we bij de klassieke schrijvers. Reeds in de 2e eeuw worden de Saxones door Ptolemeus (maar ook door Strabo en Plinius) genoemd. Ze woonden aan de kust van het Kanaal bij Boulogne, waar in de 4e eeuw hun land verschijnt als de Litus Saxonicum. Het Duitse Saksenland (Westfalen, Nedersaksen en Sleeswijk-Holstein) is een creatie uit de 10/11e eeuw, tot stand gekomen door een massale immigratie van Saksen uit het noorden van Frankrijk, die begon met de etnische deportaties van Karel de Grote. Niet alleen namen zij hun eigen naam mee, maar ook tal van rivier- en plaatsnamen die ze naar de nieuwe streek overplantten. De Geograaf van Ravenna noemt dat ook als een zeer juist historisch gegeven. Karel de Grote heeft gedurende zijn gehele regeringsperiode de handen vol gehad aan de Saxones, aan de Vilti uit de omgeving van Tournehem en aan de Sclavi in naburige streken. Hun onderwerping begon pas te gelukken na het bloedbad van Werethina (Fréthun) in 792 en de daarop gevolgde massale deportaties van Saksen naar Duitsland. Die deportaties hebben tot de grote verwarring geleid, doordat de historici meenden dat ook de eerdere geschiedenis van de Saksen in Duitsland thuishoorde. Een mozïekje in Duitsland van Luc Vanbrabant in SEMafoor 3 van augustus 2014 is een overtuigende bevestiging van de visie van Albert Delahaye. De Saksen leefden in de 'pages Flandrensis' (Vlaanderen) aan de oever van de Leie en langs de kust van Het Kanaal, wat aangetoond wordt met tekstuele en archeologische bewijzen. De 'Duitse' Saksen is een gevolg van migratie en deportatie met name door Karel de Grote. Met de Saksen werden ook plaatsnamen getransporteerd, maar ook de herstichting van het klooster van Corvey (Corbeia nova) en het verblijf van Ansgarius, apostel van het Noorden, maar afkomstig uit Corbie in Picardië. Commentaar: De noten bij dit artikel wijzen allemaal in dezelfde richting. De oudste teksten over de Saksen stammen uit Vlaanderen. Voor de tiende eeuw werd in Duitse teksten niet over Saksen geschreven. Ook het klooster van Werden was een herstichting van het klooster van Werethina aan de Frans-Vlaamse kust. Met deze verplaatsing kwam ook St.Ludger (zie daar) in het oosten van Nederland en het westen van Duitsland terecht. |