De Friese opstand.

Meer succes had een opstand van de Friezen in het jaar 28. Een poging om de Friezen te onderwerpen is vooreerst niet ondernomen. Zij behielden hun vrijheid. Het noorden van ons land was voor het Rijk verloren. (Byvanck, p.143).

Als Velsen inderdaad Castellum Flevum is, zou die einddatum aardig kloppen. Tijdens de opstand onder Olennius in 28 is het fort van die naam immers door de Friezen belegerd. Het werd weliswaar ontzet, maar na de 'overwinning' die dat ontzet bewerkstelligde, is een tijdelijke - ontruiming van het castellum is dus zeker denkbaar. Daarmee zijn echter alle moeilijkheden niet uit de weg geruimd. Er zou dan een gat vallen tussen Velsen I en Velsen II (omstreeks 40 n. Chr. gesticht), een aannemelijke stichtingsdatum, die in verband kan worden gebracht met de expeditie van Gabinius uit 41 tegen de Chauken. Na de opstand van de Friezen in 28 n. Chr. is van werkelijke Romeinse macht weinig of niets overgebleven. Het herstel van de toestand van voor 28 was wel het minste wat Corbulo omstreeks 47 zal zijn opgedragen. Het weer in gebruik nemen van Vechten en de stichting van Valkenburg zijn beide in direct verband gebracht met de verovering van Britannia, die in 43 begon. Het Nederlandse rivierengebied zou als uitvalsbasis voor deze overzeese operatie gediend hebben, met Vechten en Valkenburg als inscheephavens. Deze veronderstelling is echter onjuist. Het invasieleger scheepte zich te Boulogne in en landde in Richborough en/of Dover en Lympne. (Van Es, p.95, 96).