De reliëfs uit de St.Pieterskerk, gevonden, onder de vloer bij een restauratie in 1965.
Volgens prof. J.J.M. Timmers en dr. D.P.R.A. Bouvy, vooraanstaande kenners van de Romaanse beeldhouwkunst, behoren deze reliëfs tot de 12e eeuwse Maaslandse school en wel tot de zogenaamde Heimogroep. Deze naam Heimo komt voor op een kapiteel in de Onze Lieve Vrouwekerk te Maastricht. Een ander voortbrengsel in dezelfde kerk vertoont precies dezelfde stoel waarop hier Pilatus is gezeten. Kunstwerken uit deze tijd zijn wat Nederland betreft uiterst zeldzaam en kwamen tot nu toe uitsluitend voor in Maastricht, (nu ook in) Utrecht en Egmond.




|
De auteurs van de artikelen in de Archeologische en Bouwhistorische Kroniek van de Gemeente Utrecht 1926-1972 geven een duidelijk overzicht van de opgravingen die in Utrecht sinds 1926 hebben plaatsgevonden. Veel publicaties verschenen eerder in het Maandblad Oud-Utrecht en zijn nu verzameld in dit boek. We geven hieronder de voornaamste bevindingen uit dit boek, voorzien van opmerkingen in rood. Wat als eerste meteen opgemerkt kan worden, is dat de oudste bevindingen (op het Romeins na) niet verder teruggaan dan de 11de eeuw.
De visie van Albert Delahaye.
Lezen de historici en archeologen elkaars werken wel? Te vaak blijkt dat wat de een beweert, een ander faliekant tegenspreekt. Wie heeft er dan gelijk? Dan moet de logica en de samenhang de oplossing geven. Zo wordt steeds beweerd dat St.Willibrord in Utrecht en Friesland predikte, terwijl er in zijn tijd (zo goed als) niemand woonde. Wie moest er dan zo nodig bekeerd worden? Vaak blijkt het misverstand te berusten op onjuist gelezen oude documenten. De archeologie bevestigt de traditionele opvattingen allerminst.
Archeologie van Utrecht.
De archeologie vertelt soms een ander verhaal dan de traditie. Veel traditionele opvattingen worden door de archeologische vondsten niet bevestigd, zelfs tegengesproken. Lees hieronder de talloze voorbeelden zoals die in deze Kroniek beschreven zijn, maar ook in de Jaarboeken van Utrecht en de Archeologische en Bouwhistorische Kronieken.
Het meest problematische hierbij is dat eenmaal aangenomen opvattingen gehandhaafd blijven, ook al tonen nieuwe vondsten aan dat die fout waren. |
|  |
De oudste kerk van Utrecht.
De oudste kerk van Utrecht zou het kerkje van Dagobert (601-638) geweest zijn. Dan weer is de Heilig-Kruiskapel de oudste kerk, dan toch de Pieterskerk of de St.Maarten (de DOM) of toch de Buurkerk (Mariakerk). Ofwel: men weet het niet. Zijn de schriftelijke gegevens dan wel juist gelezen? De Paulus-abdij wordt het oudste klooster genoemd en zou het verplaatste klooster van de Hohorst bij Amersfoort zijn. Maar op de Hohorst (Heiligenberg) heeft geen enkel klooster bestaan. Het is er nooit gevonden en ook geen andere sporen uit de 11de eeuw. Lees meer over de Hohorst.
|
Wat lezen we in deze Kroniek?
- "Kan men bewijzen, dat de naam Traiectum, die reeds omstreeks 300 voorkomt, een Romeinsche woonplaats aanduidt, gelegen in het centrum van onze stad?" (p.51). Deze vraag is nooit met enig bewijs beantwoord. Het enige antwoord is dan volmondig: "NEEN".
- De bewoners dezer streken maakten na het vertrek der Romeinen geen gebakken bouwmaterialen -en uit den tijd nadat de kunst van steenbakken hier opnieuw algemeen werd toegepast, hetgeen niet veel vroeger dan de 13de eeuw geweest zal zijn (p.48). Vindt men nu gebakken stenen in de oudste delen van een gebouw, dan kan dat gebouw niet van vóór de 13de eeuw zijn.
- In de St.Pieterskerk zijn in 1965 tijdens de restauratie onder de vloer vier zandstenen reliëfs teruggevonden. Zie afbeeldingen in de linker kolom.Zij stellen de Kruisiging van Christus voor, Pilatus, een engel op het geopende graf van Christus met drie naderende vrouwen. De reliëfs werden waarschijnlijk rond 1150 in de Maasstreek vervaardigd en vertonen verwantschap met beeldhouwwerk in de Onze-Lieve-Vrouwekerk in Maastricht (p.213). Deze reliëfs waren onder de vloer verstopt vanwege de dreigende en naderende beeldenstorm in 1580. Als deze reliëfs waarschijnlijk uit 1150 komen, is de Pieterskerk dan misschien ook pas uit 1150 en niet uit 1039/1048? Lees meer over het Kerkenkuis in Utrecht. Afbeelding hieronder: de plaats van de 4 reliëfs aan weerszijde op het koor van de Utrechtse Pieterskerk.

- Tevens is daarmede gezegd, dat het genoemde fundament niet afkomstig kan zijn van de kapel van WiIlibrord, laat staan van de nog vroegere uit de tijd der Merovingers, welke door koning Dagobert aan de Keulse bisschop Kunibert (625-655) zou zijn geschonken (p.55). Dat is toch duidelijke taal over de opgravingen op het Domplein.
- De Romeinse nederzetting die, volgens Professor Vollgraff's lezing van de grotere der beide inscriptie's, ALBIOBOLA zou hebben geheten en niet TRAJECTUM (p.55). Over deze lezing bestaat al enige tijd discussie, immers het weerlegt de gehele geschiedenis omtrent Willibrord en zijn verblijf in Utrecht, wat overigens erkend wordt door prof.R.Post die de aanwezigheid van Willibrord ook weerlegd heeft.
- Scherper aanwijzingen, sterker sprekende gegevens zullen echter gevonden moeten worden, om de veronderstelling aannemelijk te maken, dat op deze plek in Utrecht de eerste christenkerk heeft gestaan, dat van hieruit de kerstening van Noord-Nederland een aanvang heeft genomen (p.74). Men weet, dat er nog altijd grote onzekerheid bestaat over de situatie van de oudste kerkjes of kapellen van Utrecht. De St. Thomaskapel van de traditie en de lagere-schoolboekjes, die door koning Dagobert I omstreeks 631 op het "Domplein" gesticht zou zijn, heeft haar reputatie de oudste kerkelijke stichting te zijn af moeten staan aan een St. Maartenskerkje, door een der Frankische vorsten eerder buiten het Domplein, in den "vetus vicus" gesticht. Verder konden wij nog steeds geen der kerkjes van Willibrord (690-739) localiseren, zeker niet door vondsten van restanten of sporen daarvan in den bodem. (p.79). Ofwel: er is geen enkel archeologisch bewijs dat het kerkje van Dagobert (601-638) hier bestaan heeft. Ook van een stichting van een kerk door St.Willibrord ontbreekt elk archeologisch bewijs. Het is vergelijkbaar met Nijmegen waar van een Paleis van Karel de Grote elke archeologisch bewijs ontbreekt, terwijl dat Paleis er toch 4 eeuwen gestaan moet hebben. Lees meer over Nijmegen en Karel de Grote.
- (p.).
- (p.).
- (p.).
- (p.).
- (p.).
- (p.).
- (p.).
- (p.).
- (p.).
De Fundamentele verwarring tussen Noviomagus is Nijmegen of Noviomagus is Noyon, ligt aan de grondslag van de verwarring rond Trajectum: was het Utrecht of was het Tournehem? Het kernpunt waar alles mee begon en waar alles om draait is deze hier genoemde fundamentele verwarring. Immers als Nijmegen fout is, is de Betuwe ook niet het land van de Bataven en is Utrecht ook niet de bisschopszetel van Willibrord en werd Bonifatius niet in Dokkum vermoord. Dat gebeurde allemaal in Noord-Frankrijk!
|
|