Terug naar de beginpagina. | Naar het overzicht in het kort. |
Enkele citaten van dr.W.A. van Es, in zijn boek 'De Romeinen in Nederland' uit 1981.
Zijn er sinds 1981 opvallende nieuwe ontdekkingen bijgekomen? Niet echt! Wat hierboven staat is dan ook nog steeds van toepassing! |
Er zijn geen schriftelijke, noch archeologische bewijsredenen om de Romeinse tijd in Nederland met Caesar te laten beginnen. Bron: J.Hendriks. Nu dat eenmaal is vastgesteld zal men de hele vaderlandse geschiedenis van Julius Caesar moeten herzien. Zij strijd tegen de Eburonen bijv. heeft zich dan ook niet in Limburg voorgedaan, maar in Noord-Frankrijk rond Beaurain. Julius Caesar is nooit in België geweest en al helemaal niet in Nederland, zodat alles dat van dit onjuiste uitgangspunt werd afgeleid, geschrapt moet worden. Men laat de Romeinse geschiedenis in Nederland dan ook gemakshalve beginnen met de aanstelling van Drusus over heel Gallië in 13/12 v. Chr. Er is ook hier geen enkel schriftelijk noch archeologisch bewijs voor deze aanname. Van de oudste Romeinse forten is aangetoond dat die uit rond 40 n.Chr. stammen. Daarmee begint Romeins Nederland dat ruim 200 jaar geduurd heeft tot ca. 260 toen de Romeinen deze contreien verlieten wegens de transgressies (zie daar en opmerking hieronder). ![]() De altijd op Nederland van toepassing gedachte Romeinse geschiedenis, blijkt bij nadere beschouwing die van Noord-Frankrijk te zijn. De teksten spreken duidelijke taal en laten er geen misverstanden over bestaan! Hiermee wordt Romeins Nederland niet ontkend. Het probleem is aan de vindplaatsen van Romeins in Nederland de juiste naam te geven. De namen van de Peutingerkaart hebben in elk geval geen betrekking op Nederland. Een van de kernpunten van de Romeins Nederland is de locatie van de Renus. Dat de Renus synoniem is aan de Rijn is een nooit bewezen aanname. De juiste plaats van de Romeinse Renus wordt onweerlegbaar duidelijk aan de hand van de volgende tekst van Plinius. Plinius beschrijft dat, "waar de Renus in zee uitstroomt vindt men witte steen, die zich gemakkelijk laat snijden en die o.a. gebruikt wordt voor het leggen van vloeren". ![]() Het gaat in deze tekst heel duidelijk over de Franse kalksteen, die zich inderdaad uitermate goed laat gebruiken voor het leggen van vloeren als voor beeldhouwwerk. De marmergroeven bij Rinxent#) staan hierom nog steeds internationaal bekend. Volgens de traditionele opvatting (o.a. die van A.W.Byvanck: zie opmerking*) wordt hier de mergel in Zuid-Limburg bedoeld. Franse Kalksteen is inderdaad wit, in tegenstelling tot mergel dat geel van een kleur is en totaal ongeschikt is voor vloeren. Mergel verpulvert meteen als men erop zou lopen. De kalksteen uit Noord-Frankrijk wordt marmer genoemd en wordt nog steeds gebruikt voor vloeren en schoorsteenmantels, maar ook voor beeldhouwwerk. Dezelfde kalksteen werd ook gebruikt voor de sarcofaag van St.Willibrord die 'van marmer' genoemd werd. Het is een belangrijk detail dat zich onmogelijk in Nederland laat plaatsen, maar in Noordwest Frankrijk precies past! Het "Maison du Marbre" in Rinxent, ten noorden van Boulogne, verschaft de bezoekers informatie over winning en toepassingen van de witte kalksteen die hier gewonnen wordt. #) LET OP: Rin-x-ent: het einde van de Rin, de Renus! *) LET OP: de Rijn stroomt nergens in Zuid-Limburg langs de mergelgroeven. "Gemakshalve" werd Renus hier door Byvanck "vertaald" met Maas. Hetzelfde zien we bij W.A. van Es, die Renus enkele keren "vertaalt" met Waal, omdat Rijn of Maas niet klopt met de rest van de tekst. Waar de Renus in zee uitstroomt is ook al niet in Zuid-Limburg, maar in de traditionele opvatting bij Katwijk. Bij Katwijk vind je sowieso geen enkele steensoort, slechts zand en strand. Het is dan ook volkomen onbegrijpelijk hoe de traditionele geschiedenis bij deze locaties komt. En veel historici hebben deze interpretatie klakkeloos gevolgd. Dat is nog onbegrijpelijker. Het meest onbegrijpelijk is dat degene die deze locatie ter discussie stelt en op de onlogica wijst, voor een "fantast" werd uitgemaakt. ![]() Het berichtje is een schot in de roos voor de opvatting van Delahaye. De noordgrens is zeker een strijdtoneel geweest of liever gezegd: het is duidelijk dat die noordgrens niet in Nederland lag, maar enkele honderden kilometers zuidelijker lag dan de historici ons willen doen geloven. Dat het jonge "kanonnenvoer" niet is teruggevonden is duidelijk. Dat kanonnenvlees zat aan de echte Limes Germanicus. Conclusie: Tabula Rasa met de limes in Nederland. |
![]() Het is droevig gesteld met het historisch besef van de gemiddelde Nederlander en zeker van hen die in volle gemoedsrust 'Romeintje spelen', o.a. in het Archeon. Maar ook de historici gaan hier niet vrijuit. Zij houden de oude mythen in stand met hun verhalen waarin de Romeinse tijd wordt verheerlijkt. De altijd aan de Romeinen toegeschreven brengers van cultuur in Europa, is verre van juist. Het waren niets ontziende moordenaars en plunderaars, sadisten, gelijkwaardig aan andere onderdrukkers van de vrije volkeren, zoals de Spanjaarden in de 80-jarige oorlog, de legers van Napoleon en de SS-ers in de Tweede Wereldoorlog. Gaat men over een tijdje ook 'slavenhandelaartje' spelen indachtig de VOC die Holland de Gouden Eeuw bracht? Gaat men over een tijdje ook SS-ertje spelen? Dat kinderen vroeger ook cowboytje en indiaantje speelden is hen niet kwalijk te nemen. Ze wisten niet beter. Maar volwassenen....???? Ook een dictator als Karel de Grote (naar wie enkele Europese prijzen zijn genoemd) was van eenzelfde moordenaarstype. Zie daar! Zo heeft men in Latijns-Amerika een andere opvatting over Columbus dan in West-Europa. Hier verheerlijkt als grote ontdekker, daar is hij de weerzinwekkende plunderaar en moordenaar. Het Romeinse verleden van Nederland is op een aantal uiterst wankele pijlers gebaseerd. De Peutinger-kaart en de dateringen van archeologische vondsten tonen duidelijk aan dat de Romeinse geschiedenis moet worden herschreven. Das Römische Reich zerbrach nicht infolge sogenannter Völkerwanderung. Dieses tradierte Bild von "wandernden Völkern" ist für Historiker nicht mehr haltbar. Der Übergang von der Antike zum Mittelalter war vielmehr ein allmählicher Prozess - bei dem politische, ökonomische und kulturelle Veränderungen zusammenwirkten. De allereerste jaren van Romeinse aanwezigheid langs de oude Rijn in onze streken was in de jaren 40 en 50 van de eerste eeuw! (Bron: Jaarboek Oud-Utrecht 2017, p. 21) Na deze constatering vervallen een aantal aangenomen opvattingen voor Nederland, zoals: ![]() Zoals Romeins Nederland tegenwoordig wordt gepresenteerd heeft het nooit bestaan, ook niet in de Romeinse tijd. Romeins Nederland bestond vooral uit veengebieden die onbewoonbaar waren (zie kaart hiernaast). De verschillende bouwstijlen en bouwtijd van de zogenoemde Romeinse 'forten' geven dat al aan. Het waren ook geen 'forten' ter verdediging van Germaanse invallen, maar grensposten. De Germaanse stammen die hierbij steeds genoemd worden, woonden al binnen het Romeinse Rijk, zoals de Ingaevones, Marsi, Chamavi, Vandili, Eburonen, Tenteren, Usipeten enz. De Limes die men in graag in Nederland legt lag in Noord-Frankrijk/België langs de weg Bavay-Keulen. Het Germania van Tacitus lag ten noorden van de taalgrens in België/Frankrijk waar de taalgrens nog steeds ligt. De taalgrens heeft nooit langs de Rijn in Nederland gelegen. De Nederlandse voorstelling van het Romeinse Rijk heeft een hoog 'Archeon-gehalte'. Het is een bombastische voorstelling van zaken die zich nooit in Nederland heeft voorgedaan. Het echec van het Archeon toont al aan dat de toeristische bevolking van Nederland een beter historisch inzicht heeft dan menig historicus. Enkele uitspraken van archeoloog W.A.van Es geven dat perfect weer. "Romeins Nederland was allerminst van internationale allure" en "Romeins Nederland is nimmer de eer van een collonia waardig geacht". Volgens Harry van Enckevoort kan Romeins Nederland wel een opkikkertje gebruiken. Er worden allerlei toeristische fietsroutes uitgezet, om de Romeinse Limes te willen benadrukken. Maar dan moet men wel in Noord-Frankrijk gaan fietsen, want daar lag de echte Limes. De landstreken Taxandrie, Teisterbant, Hamaland op de kaart herboven zijn onjuist geprojecteerd. Het waren allemaal landstreken in Noord-Frankrijk. Overigens zijn Taxandrie en Teisterbant namen voor dezelfde streek. Friesland heette in de klassieke tijd Frisia en lag aan de kunst van Vlaanderen en was beslist niet het huidige Friesland. Voor meer informatie zie bij Taxandria, Hamaland en Friesland. De visie van Albert Delahaye. Het Nederlandse grondgebied heeft voor de Romeinen nooit iets voorgesteld, of, om het met de woorden van archeoloog Dr.W.A.van Es te zeggen: "Romeins Nederland is nimmer de eer van een colonia waardig geacht!" Romeins Nederland is allerminst van internationale allure geweest. Een Romeinse colonia is Nederland ook nooit geweest, erger nog, nergens vind je bij de Romeinse klassieke schrijvers een beschrijving van Romeins Nederland. Slechts de term "Agri Decumates" (Tacitus) is op het Nederlandse gebied van toepassing. De plaatsing van dè Romeinse "Limes" (Germanicus) langs de Rijn in Nederland is net zo absurd als het plaatsen van de taalgrens in Nederland langs de grote rivieren. De taalgrens geeft dan ook haarfijn aan waar de "Limes Germanicus" gezocht moet worden, namelijk op de grens van Gallia en Germania. Let wel: het Germania van Tacitus en dat is zeker niet het huidige Duitsland. 'Geen twee Nederlandse forten zijn aan elkaar gelijk en zijn in verschillende opzichten afwijkend van het het standaardmodel.' "De afgelopen jaren is duidelijk geworden dat de linie stukje bij beetje is opgebouwd, schijnbaar op basis van willekeurig militair beleid." 'De Rijn werd waarschijnlijk niet zozeer als grens beschouwd, maar eerder als transportroute.' "Net als bij de forten was de bedreiging vanaf de overkant meer suggestie dan realiteit." Bron van deze citaten: E.v.Ginkel & L.Verhart. Zoeken naar namen en plaatsen. Vanaf het moment dat men zich realiseerde dat Nederland een Romeins verleden had, is er geprobeerd om historische namen en gebeurtenissen met huidige plaatsnamen en streken te verbinden. Dat leverde interessante discussies op, die voortduren tot op de dag van vandaag. Want in feite is het niet absoluut zeker dat de plaatsen waaraan in de vorige hoofdstukken (van dit boek, red.) zo stellig een Romeinse naam is gegeven, ook werkelijk zo heetten. Bron: E.v.Ginkel & L.Verhart.
Het zijn vage hypothesen en de sterke punten van het betoog van Delahaye laten ze onbeantwoord. Zijn er in de Betuwe, dat immers het eiland van de Bataven was, dan nu wel nederzettingen gevonden? En waar lagen alle plaatsen die nadien in de Batua genoemd worden? In Nederland blijven ze onvindbaar! En waarom namen de Bataven al dienst in het Romeinse leger voordat er ooit één Romein in Nederland geweest was? En is nu aannemelijk gemaakt dat Julius Caesar vanuit de Betuwe overstak naar Engeland? En waar woonde het grote volk der Friezen, dat ook deelnam aan deze opstand? Zouden die uit Friesland naar de Betuwe getrokken zijn, terwijl ze in Friesland nooit een Romein zagen? En is nu aangetoond dat de Batua in Gallia lag zoals de schriftelijke bronnen vermelden? En die penning van Aquillius die een van de Romeinse leiders was bij de opstand der Bataven, vormt dat een bewijs? Ook niet. Vergeten wordt dat het tiende legioen dat in 69 en 70 n.Chr. bij de opstand tegen de Bataven gestreden had, pas na het voorjaar van 71 n.Chr. , dus ná de opstand, vanuit Frankrijk (Norroy) naar Nijmegen werd overgeplaatst. Die penning kan dus ook in het jaar 72 of 73 daar verloren zijn geraakt. En hoe zit het met de rivier de Navalia waar uiteindelijk de vrede werd gesloten? Is die al gevonden in Nederland? Zo zijn er nog vele tientallen vragen te stellen waar de tegenwoordige historici en archeologen geen antwoord op hebben. Ze noemen het dan ook wijselijk niet of draaien er een beetje omheen. Zo maken ze van Castra Herculis plots Nijmegen, waarmee ze dus erkennen dat Nijmegen niet Noviomagus was en Delahaye dus gelijk geven. Neen, de conclusie dat de theorie van Delahaye ten aanzien van de Romeinse tijd als onhoudbaar en weerlegd beschouwd kan worden, is net zo'n grote mythe als dat de Bataven in de Betuwe woonden. Wat moeten we ons van Romeins Nederland voorstellen? De Rijn was geen verdedigingsgrens tegen invallen van Germaanse volkeren, maar slechts een bewaakte transportroute! Zie ARCHEObrief. ![]() Gentse professor in de Romeinse archeologie bewijst het gelijk van Albert Delahaye. Prof. Hugo Thoen: "Ik zoek al vijftig jaar naar bewijzen van Caesars aanwezigheid in België, maar heb nooit iets gevonden." Het is natuurlijk de grootste zotternij aller tijden dat Caesar, die aantoonbaar nooit boven de lijn Boulogne-Trier is geweest, zijn basis voor de aanval op Engeland, in de Nederlandse Betuwe zou hebben gelegd, in plaats van op de plek "waar je de overkant kunt zien" en welke plaats momenteel nog de naam draagt "Camp de César". Aanvaarding van dit ene argument kegelt de hele Nederlandse traditie omver. Vandaar dat historici zich zo stug blijven vastbijten in die traditie. Immers zij doorzien levensgroot alle consequenties. Dan is immers de Betuwe niet "Het Eiland van de Bataven", dan is de Rijn niet "de Renus" en dan gaat de hele Peutingerkaart niet over Nederland, maar over Noord-Frankrijk. Inclusief het Trajectum van St.Willibrord, het Dorestadum waar de Noormannen plunderden en het Noviomagus van Karel de Grote. Het is natuurlijk eenzelfde zotheid om de woonplaats van de Menapiërs (is Keltisch en betekent 'kustbewoners') in midden Nederland te plaatsen (Byvanck en vele historici die hem naschreven doen dat), terwijl hun hoofdstad Cassel (Castellum Menapiorum) in Noordwest-Frankrijk ligt. Plaats men de Menapiërs in de juiste streek, dan volgen de Bataven, die immers hun buren waren, ook naar Noord-west-Frankrijk. Dan moet ook daar de Romeinse Renus gezocht worden, die uitstroomde in de Oceaan op de plaats waar men de overkant kan zien. Een beperkte Romeinse aanwezigheid in Nederland wordt door Albert Delahaye allerminst ontkent: de Romeinen zijn zeker in Nederland geweest. Maar het is een onbewezen en eenvoudig te weerleggen aanname dat de plaatsen van de Peutingerkaart die in de Patavia worden genoemd, op Nederland betrekking zouden hebben. Alleen van Romeins Utrecht is de naam met zekerheid door opgravingen vastgesteld. Die naam was Albiobola. Daarmee wordt onweerlegbaar de mythe weersproken dat Utrecht het Romeinse Trajectum zou zijn geweest. Tevens wordt weerlegd dat Utrecht het Trajectum van St.Willibrord zou zijn geweest. Romeins Utrecht heette Albiobola of Colonia Albiobola Batavorum. Van geen enkele andere plaats in het Nederlandse rivierengebied is de Romeinse naam met zekerheid bekend. Wellicht dat Vechten Fectio geheten heeft, maar Fectio staat evenmin als Albiobola op de Peutingerkaart. Alle andere traditionele identificaties van Lugdunum tot Noviomagus, zijn aannames op grond van foutieve veronderstellingen. Van geen enkele plaats is de naam met zekerheid vastgesteld, ook van Nijmegen niet, dat zich graag siert met de antieke naam van Noyon: Noviomagus. Drie sprekende voorbeelden van de onlogische Nederlandse traditie: de veldtocht van Drusus, de veldtocht van Germanicus en het kanaal van Corbulo (klik op de naam voor de betreffende informatie). Drusus sticht in dit hoofdstuk Velsen, hetgeen onzin is, terwijl het jaar 16 (Germanicus) als stichtingsjaar voor Vechten zeker te laat is, en het is natuurlijk helemaal onmogelijk dat dan "later" Drusus de Vecht nog eens gaat kanaliseren. Bron: Westerheem. Romeins Noviomagus en Karolingisch Noviomagus was één en dezelfde plaats. Daar zijn alle historici het altijd over eens geweest en daar is men het nog steeds over eens. Dat is ook geen enkel punt van discussie, ook voor Albert Delahaye niet. Nu van het Karolingische Noviomagus is aangetoond dat het NIET Nijmegen was, dan is Nijmegen evenmin het Romeinse Noviomagus! En dan gaat de Peutingerkaart ook niet over Nederland. ![]() Het op de kaart hierboven (detail van de Peutingerkaart) afgebeelde Noviomagi zou Nijmegen zijn. Het opschrift FRANCIA op dit deel van de kaart, spreekt deze traditie radikaal tegen. Tevens zou, als dit Noviomagus Nijmegen zou zijn, Nijmegen aan de verkeerde kant van de Waal liggen. Immers de afgebeelde rivier ten zuiden van Nijmegen is de Patabus (volgens de Nederlandse traditie zou dit de Waal zijn). De Waal is een afsplitsing van de Rijn, wat de kaart ook duidelijk niet aantoont. Aan de overkant van die Patabus ligt onmiskenbaar Noord Frankrijk met o.a. de plaats Baca Conervio (is Bavay). De uitgesproken twijfel of deze kaart hier wel een strookje van Nederland toont, is lange tijd door historici weerlegt met als enige argument "wie anders beweert verkondigt baarlijke nonsens". Het is nog steeds het enige argument in de traditie van Romeins Nederland. Dat die traditie nog geen 60 jaar bestaat en nooit eenduidig was, wordt steeds verzwegen. |