St.Willibrord
St.Willibrord kwam aan land te Gravelines en reisde vervolgens over het Almere door naar Dorestad, om tenslotte in zijn bisschopsstad Trajectum aan te komen.
Ziet U het al voor U?
In de Nederlandse traditie landt St.Willibrord in Katwijk en gaat via de Zuiderzee naar Wijk bij Duurstede om van daaruit door te reizen naar Utrecht.
En over deze absurditeit zijn in Nederland NOOIT vragen gesteld!?! Begraven in Echternach?
De redactie van het Historisch Nieuwsblad heeft eens een onderzoek gepubliceerd naar het historisch besef van enkele kamerleden. Men had er beter aan gedaan zelf het eigen huiswerk wat beter te maken, voordat ze de kennis over wat weetjes uit een oud geschiedenisboekje als 'wetenschappelijk' onderzoek naar buiten hadden gebracht. Dan had men geweten dat Willibrordus helemaal niet de eerste bisschop van Utrecht is geweest, maar bisschop is geweest in Trajectum (het huidige Tournehem), dat in Frans Vlaanderen lag en nog ligt.

De landingsplaats van Willibrord (S.Wilbrordi) in het Flevum of Almere, is gelegen in de omgeving van Gravelines, zoals de bekende "Morinenkaart" hiernaast aangeeft. Tegenover Engeland aan het "Mare Britannicum", "waar je de overkant kunt zien" zoals in enkele teksten LETTERLIJK staat. Wie het nog heeft over Katwijk als landingsplaats, denkt waarschijnlijk ook nog dat de aarde plat is.
(Klik hier voor het betreffende detail) Let op de plaats Turnhem, dat de bisschopsstad van St.Willibrord en zijn voorgangers en opvolgers was.
Willibrord arriveerde op het vasteland in de Monden van de Renus (dit is de Schelde). De juiste plaats hiervan is de omgeving van Calais en Gravelines, vanwaar hij terstond zijn missie-gebied Frisia en zijn toekomstige zetelstad Traiectum (Tournehem) bereikte. Frisia was het gebied dat geografisch (op grond van parallelle bronnen) in Frans en Belgisch Vlaanderen gezocht moet worden. De Monden van de Renus (Schelde) worden door een overvloed van teksten vanaf de Romeinse periode tot ver over de 10e eeuw aangeduid ten noorden van Boulogne. Het was Nederland niet. Vele details uit de oorkonden van Traiectum en uit de levens der heiligen zijn in Noord-Frankrijk aanwijsbaar. In een tekst door de heilige zelf geschreven zegt hij dat zijn missiegebied in Francia lag. Duidelijker kan het niet. Het meest afdoende bewijs voor de juistheid van deze reconstructie wordt gevormd door de honderden plaatsnamen, in de bronnen voorkomend, die nooit in Nederland hebben bestaan en er ook nooit zijn aangewezen; en die alle in diezelfde hoek van Frans-Vlaanderen liggen. De kerk van Gravelines draagt nog steeds het patronaat van St.Willibrord, evenals de kerk van het nabijgelegen Bourbourg ook dat patronaat draagt.
De Plaatsnamen uit de oorkonden van Aefternacum.
St. Willibrord was apostel en aartsbisschop van de "Friezen" (niet in Friesland, maar in het oude Frisia: is Frans en Belgisch Vlaanderen). Zijn abdij stond vlak bij zijn bisschopszetel. Alle plaatsen uit de oorkonden van de abdij Eperlecques lagen in zijn bisdom; dat bisdom lag in Frisia. Het ligt voor de hand dat de 214 goederen in de oorkonden van één klooster in één en dezelfde streek liggen, zodat de 214 plaatsnamen van de dokumentatie van dat bisdom derhalve ook in Frisia lagen. De plaatsen zijn niet in Luxemburg te vinden, nog minder in Friesland of elders in Nederland. Het hele komplex ligt in Frans Vlaanderen, waar alle plaatsen teruggevonden zijn, zodat eens en voorgoed een einde is gemaakt aan de onzin over bezittingen van Willibrord in half westelijk Europa.
Wie gewoon nuchter nadenkt en zich niet laat misleiden door de mythen, beseft nu ook, dat weer 214 gevallen worden toegevoegd aan de reeds lange lijst van bewijzen dat St. Willibrord nooit in Utrecht heeft geresideerd.
Zie ook de kerken in Noord-Brabant.
De bronnen van het bisdom Utrecht tenslotte tonen aan, dat dit een volledig nieuwe instelling uit de 10e eeuw is, aan welke pas eeuwen later -zeer geleidelijk en langzaam- de idee werd opgedrongen van de zetel geweest te zijn van Willibrord; zó langzaam dat Utrecht hieruit pas in de 14e eeuw de eerste voor de hand liggende consequenties begon te trekken. Pas in 1940, dus 12 eeuwen na zijn dood, werd St.Willibrord tot kerkpatroon van de Nederlandse kerkprovincie uitgeroepen. Dit naar aanleiding van een kritische publicatie van Dr.P.Boeren die stelde dat St.Willibrord eerder de apostel van Brabant, dan van Friesland genoemd moest worden. Dat kerkpatronaat had men beter in 1853 bij het herstel van de kerkelijke hiërarchie uitgeroepen, toen eindelijk ook in Utrecht een aartsbisschop zetelde. Dat men dat toen naliet bewijst eens te meer dat in Nederland nooit een sterke St.Willibrord traditie heeft bestaan, terwijl juist de traditie door "historici" te pas en te onpas als argument wordt gebruikt.
In Dokkum is nimmer een bisschop vermoord en al zeker niet de opvolger van Willibrord, Bonifatius. In die tijd bestond Dokkum niet eens blijkt uit recent onderzoek. Hij is in 754 vermoord in de buurt van (in pagus) Dockynchirica, het tegenwoordige Duinkerken in Noord-Frankrijk.
De verering van Willibrord als bisschop der Friezen is pas in de 14e eeuw op gang gekomen onder invloed van de abdijen van Echternach en Egmond, die op grond van verkeerde (al of niet bewuste) interpretaties van oude teksten zich op een makkelijke manier land, en dus de opbrengst ervan, konden toeëigenen.
Over de geschiedenis van de lage landen tussen 200 en 1100 zijn meerdere onderzoeken gepubliceerd die allen hetzelfde beeld geven: Nederland -zoals wij dat nu kennen- stond voor het grootste gedeelte onder water.
St.Willibrord devotie.
Er wordt nog wel eens gepoogd 'Willibrord in Utrecht' te redden door zijn verblijf aldaar slechts kort te houden. Zelfs vanuit de hoek van het Nederlandse episcopaat wordt gesteld dat zijn verblijf hier slechts kort duurde, omdat de Friezen niet bekeerd wilden worden, waarna St.Willibrord naar Echternach (1) uitweek (om daar te gaan zitten kniezen?).
Maar ook in korte tijd kan men verdrinken, immers het staat vast dat het gebied rondom Utrecht (en verder) in de tijd van St.Willibrord ver onder water stond. Bovendien is een kort verblijf van St.Willibrord en het niet kunnen bekeren van de Friezen in flagrante tegenspraak met wat de bronnen (waaronder die van St.Willibrord zelf, van St.Bonifatius en Beda) ons vertellen. Daarin is te lezen dat St.Willibrord tot in lengte van dagen vanuit zijn te Traiectum gevestigde zetel werkzaam was. Overigens zou de zienswijze van de bisschoppen, St.Willibrord de titel van 'apostel van Friesland' afhandig maken. Immers als hij geen Friezen heeft bekeerd, waarom zou hij dan deze titel mogen voeren.
Toch hoeft men zich in de Nederlandse Kerkprovincie geen zorg te maken omtrent een St.Willibrord devotie. Ondanks de onmogelijkheid van het bestaan van zijn bisschopszetel te Utrecht, een feit dat steeds meer aanvaard wordt, heeft St.Willibrord toch een invloed gehad op de Kerstening van "ons land". Een groot deel van onze verre voorouders is immers als immigranten afkomstig uit het eerste Friesland in noordwest Frankrijk. Vermoedelijk telt ons land óók katholieken van wie één of méér uit de talloze voorouders door hem werden bekeerd.
(1) De abdij van Echternach werd exact zegge en schrijve in 974 gesticht, dat is 235 jaar ná de dood van de heilige; het blijft onthutsend te moeten constateren dat men óók omtrent die 300 km-verre 'abdij van Willibrord' -het sinds lang meest twijfelachtige punt uit heel de Willibrordmythe- weigert van de meest elementaire gegevens zelfs maar kennis te nemen.
De noordelijke traditie.
De corpus van St.Willibrord in Echternach is aantoonbaar vals en stamt uit de 12e of zelfs pas uit de 15e eeuw.
- Het is opvallend dat vóór 1559 van enige officiële verering van Sint Willibrordus, Sint Bonifatius en andere geloofsverkondigers geen sporen zijn. Van devotie tot Willibrord, Servatius, Bonifatius, Lebuinus, Plechelmus, Odulphus, Jeroen of andere Nederlandse heiligen vernemen wij in de middeleeuwen niets. (Bron: L.J.Rogier, II p.763)
Bij een juiste beschouwing is dit dus niet opvallend. De devotie ontbrak aangezien deze predikers niet in Nederland thuishoren. De devotie tot St.Willibrord en andere predikers werd niet gedragen door de bevolking, waarmee aangegeven dat deze hier niet thuishoorde. Dat had de bevolking dus eerder begrepen dan de geschiedschrijvers.
- In de noordelijke traditie is vóór 1400 geen enkele feestdag, geen enkele Utrechtse oorkonde of Kerkelijk feest gedateerd naar het feest van St.Willibrord. Vóór de 14e eeuw heeft men in Utrecht het Kerkelijk feest van St.Willibrord niet gevierd.
- In het gebedenboek van Utrecht (?) uit 1498 is het feest van St.Willibrord in zwart geschreven (evenals het feest van Lebuinus en van Bonifatius). Het zijn in het bisdom Utrecht dus geen verplichte feestdagen en dus niet belangrijk. Daarom wordt wel getwijfeld of het gebedenboek voor Utrecht gemaakt is. Het is typisch een omgekeerde gedachtengang.
- Er zijn in Europa geen sporen van geloof of Christelijke cultuur die van oudsher naar Utrecht verwijzen. In Nederland bestaat geen enkel kunstwerk van vóór de 17e eeuw dat geïnspreerd is op het leven van St.Willibrord.
- Utrecht heeft geen eigen documentatie gehad van vóór 936. De documentatie van daarvoor heeft betrekking op het oude bisdom van St.Willibrord te Tournehem. De eerste geschriften van Utrecht waren afkomstig van de abdij van Egmond, die gesticht is vanuit Gent. Daar kwam dan ook het eerste Cartularium vandaan, dat weer afkomstig was uit Noord-Frankrijk. In de Annalen van Egmond van vóór de 12e eeuw komt St.Willibrord als bisschop van Utrecht dan ook nergens voor. De abdij van Echternach zet Nederland in de 12e eeuw op een vals spoor.
- Het bisdom Utrecht wordt eind 10e/begin 11e eeuw nieuw gesticht en vermoedelijk was Balderik de eerste bisschop van Utrecht! Meer zekerheid vindt men pas bij bissschop Adelbold, de opvolger van bisschop Ansfridus waar ook de nodige vraagtekens bij te plaatsn zijn (zie aldaar).
- De monniken van Egmond hebben de aanwezigheid van St.Willibrord als bisschop van Utrecht ook later niet toegevoegd aan hun annalen, hoewel de mythe toen al wel bestond. Blijkbaar was hun tekstkritisch inzicht groter dan van latere historici.
- In de noordelijke traditie wordt vóór de 12e eeuw geen enkele volksdevotie rondom St.Willibrord vermeld. Erger nog, het woord Willibrord staat vóór de 12e eeuw in geen enkel Nederlands geschrift. De eerste Nederlandse schrijvers noemen hem nergens.
- Melis Stoke (eind 13e eeuw) is de eerste Hollandse schrijver die St.Willibrord wel noemt, maar nergens enige activiteiten van hem in Holland vermeld.
- Pas in de kroniek van de Clerc uten Laghen Lande (1349-1356) kan men lezen dat St.Willibrord naar Heilooo kwam en daar een bron opende.
- Er zijn in Nederland geen patronaten van kerken van St.Willibrord van vóór 1157. Het oudste patronaat van de kerk in Klein-Zundert (onder Breda) is een stichting vanuit Tongerlo, dus vanuit het zuiden en niet vanuit Utrecht. Pas daarna komen de stichtingen van kerken vanuit Echternach, dus weer niet vanuit Utrecht, op gang. Zie ook de kerken in Noord-Brabant.
- Van de vele goederen en kerken van St.Willibord zijn er in de noordelijke traditie geen in of bij zijn bisdom Utrecht of bij Echternach, zijn abdij, gelocaliseerd. Ook Friesland, waar toch het zwaartepunt van zijn missiewerk gelegen moet hebben, blijft blanko.
- De goederen van St.Willibrord in Brabant werden vanaf de 12e eeuw allemaal (met valse en verkeerd begrepen akten) vanuit Echternach geclaimd, geen enkele vanuit het bisdom Utrecht, terwijl de goederen aan het bisdom Trajectum waren geschonken. Er bleek geen band te bestaan tussen deze goederen en het nieuwe bisdom Utrecht.
- Geen enkele van deze goederen lag in het bisdom Utrecht of in de omgeving van de abdij van Echternach. Dit is onaanvaardbaar voor een missiebisschop die met de opbrengsten uit deze goederen directe steun ontving voor zijn missiewerk en dagelijks onderhoud.
- Pas in 1940, dus 12 eeuwen na zijn dood, werd St.Willibrord tot kerkpatroon van de Nederlandse kerkprovincie uitgeroepen. Dit naar aanleiding van een kritische publicatie van Dr.P.Boeren die stelde dat St.Willibrord eerder de apostel van Brabant, dan van Friesland genoemd moest worden. Dat kerkpatronaat heeft men niet in 1853 bij het herstel van de kerkelijke hiërarchie uitgeroepen, toen eindelijk ook in Utrecht een aartsbisschop zetelde. Dat bewijst des te meer dat in Nederland in de 19e eeuw geen enkele St.Willibrord traditie of devotie bestond.
- In 1942 werd in Utrecht plots een standbeeld van St.Willibrord opgericht mede naar aanleiding van het gebeuren in 1940. Waarom toen pas en waarom niet al in 1853?
- In Echternach hield en houdt men heden nog steeds vast aan Gravelines (bij Calais) als landingsplaats van St.Willibrord. Hoe verhoudt zich dat tot de Nederlandse traditie van Katwijk?
- In de traditionele opvattingen zou St.Willibrord in een oneindig groot missiegebied gewerkt hebben, dat zijn weerga niet gekend heeft. Dat is teveel eer voor deze eenvoudige predikers die in Noord-Frankrijk er een is uit een lange rij en in een beperkt gebied heeft gemissioneerd. Gezien de omvang van het goederenbezit van St.Willibrord, maakt de geschiedenis van hem de eerste vliegende apostel van west-Europa. Slechts de mythen heeft van St.Willibrord een reislustige missiebisschop gemaakt. Als Benedictijnen gold voor hem, naast de 3 hoofdregels (gehoorzaamheid, kuisheid en armoede), vooral de "Stabilitas loci", het levenslang verblijf in het eenmaal gekozen klooster.
- Steeds opnieuw steken allerlei uitvluchten de kop op om de mythe te redden. Tijdens een TV-uitzending op 6 november 1989 werd gepoogd "Willibrord in Utrecht" te redden door zijn verblijf aldaar slechts kort te houden. Blijkbaar kwam dat voort uit een opmerking van Monseigneur M.Muskens, die in een gesprek met het dagblad "De Telegraaf " (4 november 1989) onthulde dat "Willibrord de Friezen niet bekeerd heeft, omdat zij niet wilden (?!?), waarna hij naar Echternach uitweek!" (en daar zeker verder zat te kniezen om die vermaledijde Friezen).
Zo'n voortijdige aftocht van St.Willibrord is natuurlijk historisch gezien volkomen naast de waarheid. Zowel de getuigenissen van St.Bonifatius, Beda en... St.Willibrord zelf, verklaren dat hij tot in hoge leeftijd vanuit zijn te Traiectum gevestigde zetel werkzaam was. Bovendien zou het in strijd met de kloosterbelofte van de Benedictijnen geweest zijn, waarbij 'Stabilitas' als een der voornaamste regels gold! Een Benedictijn ging niet op de vlucht! Vergelijk dat b.v. met de moord op St.Bonifatius, die inderdaad heeft plaatsgehad, echter niet in Dokkum.
Op deze manier maakt bisschop Muskens van St.Willibrord een lafaard en een slappeling en maakt hem de enige reden afhandig waarom hij tot patroon van de Nederlandse kerkprovincie werd verheven. Dit gebeurt nu wanneer ondeskundige zich met de geografische historie van Nederland gaan bemoeien: blunder op blunder.
- Bovendien is de regels van "Stabilitas loci", het levenslang verblijf in het eenmaal gekozen klooster. Overigens worden grote missiereizen ook nergens beschreven of genoemd. St.Willibrord en St.Bonifatius waren Benedictijnen en bleven beiden tot op hoge leeftijd in het hun toegewezen missiebisdom. Verre reizen of een immens groot missie gebied zijn dan ten ene male uitgesloten.
- "In Nederland zijn van Ameland to Zeeland Willibrordusputjes en -bronnen te vinden. Van veel plaatsen staat vast dat Willibrord er nooit geweest is. Illustratief is het verhaal van de Willibrordusput in Oss. De put dateert van 1925 en enige wetenschappelijke grond voor een bezoek van St.Willibrord aan dit stukje Brabant is niet gegeven. Het voornaamste argument is gebaseerd op de verkeerde lezing van een tekst. 'In loco Deosne' werd gelezen als 'in loco de Osne', waarbij Osne dus Oss werd. Wat bewezen moest worden was bewezen en de nieuwe mythe was geboren." (Bron: Jacobs). Commentaar: niet van veel plaatsen staat dat vast, maar van alle Nederlandse plaatsen.
- Bovendien zijn alle Willibrordusputjes, maar ook die van St.Bonifatius worden toegewijd, een grote farce. St.Willibrord en St.Bonifatius waren zeer Rome getrouw en juist de paus had verboden vanuit putjes en bronnen te dopen. Dit in verband met het "heidense karakter" dat aan putten en bronnen werd gegeven. Hier wordt St.Willibrord en St.Bonifatius even het overtreden van de regels uit Rome in de schoenen geschoven. Blijkbaar zijn er weinig katholieken onder de historici.
- Van de 21 plaatsen in Brabant waar St.Willibrord bezittingen zou hebben gehad is nooit aangetoond dat deze plaatsen in de 7e en 8e eeuw al bestonden. Archeologisch ontbreekt elk bewijs en een historische continuïteit naar de 12e eeuw is een mythe. Er zijn geen kerkelijke documenten van de kerken bekend. In de kerken in die plaatsen zijn slechts 5 altaren aan St.Willibrord gewijd. Van die 21 (verkeerd) gelocaliseerde plaatsen worden er slechts 8 zogenaamd in het "testament van St.Willibrord" genoemd. Vanuit Echternach zijn pas in de 12e eeuw slechts 4 van die 21 plaatsen geclaimd als zijnde bezittingen van Echternach. De overige 17 zijn pas veel later door de historici gelocaliseerd, helaas allemaal foutief.
De zuidelijke traditie.
- In Frankrijk en Vlaanderen werd vanouds het feest van St.Willibrord gevierd in de bisdommen Kamerijk, Terwaan en Metz. In het bisdom Arras is het nog steeds een voorgeschreven feest. Je vraagt je dan af hoe de bisschop van Utrecht en patroon van de Nederlandse Kerkprovincie in die bisdommen in Noord-Frankrijk terecht gekomen is.
- In Frans en Belgisch Vlaanderen leeft St.Willibrord voort in relieken en kerkpatronaten, zoals in Gravelines (zie foto hiernaast) en in plaatsnamen, zoals Clemskerke. Ook de kerk van het nabij Gravelines gelegen Bourbourg had het patronaat van St.Willibrord. De vraag hoe "de apostel van Nederland" in Franse kerken terecht kwam, is dan ook zeer gerechtvaardigd. De Brabantse plaats St.Willebrord (gemeente Rucphen; let op de andere schrijfwijze met -e-) draagt deze naam pas sinds de 19e eeuw.
- In Frankrijk en Vlaanderen wordt het bestaan van een devotie aan de hand van akten bewezen, vóórdat in Nederland het woord Willibrord voor de eerste keer (in de 13e eeuw) genoemd werd.
- In de zuidelijke traditie zijn alle goederen en kerken van St.Willibrord te localiseren in een wijde kring rondom Tournehem. Ook de plaatsen die in de noordelijke traditie altijd 'onvindbaar' waren en vreemde elementen vormden, omdat er geen enkel aanknopingspunt aanwezig was, zijn daar te localiseren.
- Er bestaan van St.Willibrord 36 oorspronkelijke levensbeschrijvingen (vitae) afkomstig uit Frankrijk, België, Luxemburg of Duitsland. Geen enkele is afkomstig uit Nederland.
- Er bestaat in Noord-Frankrijk een sterke devotie rondom St.Ludger, St.Lebuines, St.Anskarius en St. Bonifatius, hoewel allen apostel in noordelijke gebieden zijn verklaard. Waar komt dan die zuidelijke devotie vandaan?
- St.Willibrord is gestorven op 6 november. Zijn feestdag (sterfdag) is echter vastgesteld op 7 november. Waarom die verplaatsing van één dag? Slechts in Noord-Frankrijk vindt men een reden voor die verplaatsing. Daar werd op 6 november reeds de feestdag gevierd van St.Winnok, die juist in die streek erg populair was. Alleen hier had men een reden de sterfdag van St.Willibord een dag te verplaatsen. Daarom staat dus onomstotelijk vast dat de cultus van St.Willibrord juist in deze streek zijn oorsprong vond.
- De plaats Trajectum bestond al vier eeuwen vóór St. Willibrord en hier had de heilige enkele voorgangers. De kerk van Trajectum bestond dus al lang voor hem, wat voor het Nederlandse Utrecht volstrekt onaanvaardbaar is.
- St.Willibrord had in zijn missiewerk onder de Friezen meerdere voorgangers, zoals: St.Eloy (bisschop van Noyon), St.Amandus (St.Amand-les-Aux), St.Wilfried (bisschop van Evreux) en St.Egbert (abt van het Ierse klooster waar St.Willibrord monnik werd) , die allen op de kalender van St.Willibrord genoemd worden en allemaal een devotie in Noord-Frankrijk hebben. Geen van deze voorgangers van St.Willibrord is in Nederland bekend en wordt hier ook niet kerkelijk gevierd.
De traditie van St.Bonifatius in Dokkum ontstond pas in de late Middeleeuwen.
De St.Willibrordus-mythe in Utrecht.
Zie bevindingen van andere historici bij Bevestiging, hoofdstuk 7: St.Willibrord en Utrecht.
Bestel en lees het boek "De Ware Kijk Op" en oordeel zelf.